Reglement Stichting bijzondere algemene begraafplaatsen Westerkwartier

Versie 2-2024

HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN


Artikel 1 - Begripsomschrijvingen

Dit reglement verstaat onder:

· Afdekplaat: De sluitplaat van een algemene urnenplaats

· Algemeen graf: Een graf, bij beheerder in beheer, waarin gelegenheid is tot het doen begraven en begraven houden van lijken van personen van wie de begrafenis wordt toegestaan.

· Algemene urnenplaats: Een afgesloten ruimte, bij beheerder in beheer, waarin gelegenheid is tot het opstellen van één of twee asbussen, al dan niet omhuld door een urn.

· Asbus: Een bus ter berging van de as van een overledene. Urn: Een voorwerp ter berging van één of meer asbussen

· Grafkelder: een graf van gewapend beton, afgedekt met een gewapend betonnen plaat,waarop het monument geplaatst wordt.

· Beheerder: degene die door de Stichting bijzondere algemene begraafplaatsen Westerkwartier is belast met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt.

· Gedenkteken: Een voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren, daaronder begrepen kettingen en hekwerken.

· Grafbedekking: Gedenkteken en/of winterharde grafbeplanting.

· Grafbeplanting: Winterharde beplanting welke door de rechtspersoon op een graf wordt aangebracht.

· Graftermijn: De termijn gedurende welke rechtspersoon met het de stichting een afspraak heeft over de grafrust van een algemeen graf, dan wel een algemene urnenplaats.

· Langstlevende: Een natuurlijk persoon, voor wie bij de toelating op de begraafplaats een reservering op naam wordt gemaakt.

· Monument: Het recht van de rechthebbende om een monument op een graf te plaatsen.

· Rechthebbende: Iemand die wettig aanspraak maakt op een bepaald bezit of ander overdraagbaar recht.

· Stichting: Met de Stichting wordt bedoeld de Stichting bijzondere algemene begraafplaatsen Westerkwartier. De Stichting beheert de begraafplaatsen te Nuis en Niebert.

Artikel 2 - Beheer

Het beheer van de begraafplaatsen berust bij de Stichting bijzondere algemene begraafplaatsen Westerkwartier. Het bestuur van de Stichting wijst een beheerder aan die de leiding over de begraafplaatsen heeft.

Artikel 3 - Administratie

De administratie van de begraafplaatsen wordt gevoerd door de Stichting, of een door deze aangewezen administrateur.

Artikel 4 - Register

De Stichting of de door deze aangewezen administrateur houdt een register bij van alle op de begraafplaatsen begraven lijken en bijgezette asbussen, met een nauwkeurige aanduiding van de plaats waar zij begraven of bijgezet zijn en een plattegrond van de begraafplaats. In dit register worden ook aangetekend de door de Stichting en haar voorganger de Hervormde Gemeente Nuis- Niebert in het verleden gereserveerde of verkochte graven en urnenplaatsen op naam van de langstlevende. Het register en de plattegrond zijn op aanvraag in te zien.

Artikel 5 – Toelating

De Stichting beslist over verzoeken om te worden begraven, dan wel asbussen / urnen bij te zetten op de begraafplaatsen. De Stichting volgt de geformuleerde criteria.



HOOFDSTUK 2: OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS


Artikel 6 - Openstelling begraafplaats

1. De begraafplaatsen zijn voor een ieder toegankelijk gedurende de door de Stichting bij nadere regels vast te stellen tijden. De Stichting maakt deze tijden openbaar bekend op de begraafplaatsen. Open bij zonsopgang en gesloten bij zonsondergang.

2. Kinderen beneden 12 jaren hebben slechts toegang indien zij zijn vergezeld van een volwassene. Honden dienen aangelijnd te zijn.

3. Ter handhaving van de orde en rust kunnen de begraafplaatsen tijdelijk worden gesloten. Verder kan de toegang worden beperkt i.v.m. begraven, bijzetting of overige werkzaamheden.

Artikel 7 – Ordemaatregelen

1. Het is aan steenhouwers, hoveniers en andere uitvoerenden verboden, anders dan met toestemming van of namens de Stichting, werkzaamheden voor derden aan grafbedekkingen op de begraafplaats te verrichten. Deze toestemming kan mondeling worden gegeven.

2. Het is verboden zonder noodzaak over de graven te lopen, beplantingen te beschadigen of bloemen te plukken.

3. Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

4. Degenen die het in het tweede lid vermelde verbod overtreden of zich niet houden aan de in het derde lid bedoelde aanwijzingen, moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaats verwijderen.

Artikel 8 – Overige ordemaatregelen

1. Dodenherdenkingen, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats moeten tenminste vijf dagen tevoren worden gemeld aan de Stichting onder opgave van datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop de plechtigheid zal plaats vinden.

2. De deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in het eerste lid moeten zich in het belang van de orde, rust en netheid houden aan de aanwijzingen van de Stichting of de beheerder.

3. Bijeenkomsten op de begraafplaatsen, die het karakter van een openbare manifestatie hebben of naar het oordeel van de Stichting zullen hebben, kunnen door de Stichting worden verboden.

Artikel 9 - Opgravingen en ruimen

Het opgraven van lijken en het ruimen van graven is slechts toegestaan, indien daarbij geen andere personen aanwezig zijn dan degenen die met deze werkzaamheden of met het toezicht daarop zijn belast. Het verwijderen van urnen en/of asbussen kan geschieden in het bijzijn van de rechthebbende en/of nabestaande.



HOOFDSTUK 3: VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING


Artikel 10 - Kennisgeving begraven en as bezorgen, openen en sluiten van het graf

1. Degene die wil doen begraven of een asbus/urn wil doen bijzetten, geeft daarvan zo spoedig mogelijk doch uiterlijk om 10.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving of bijzetting zal plaats vinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.

2. Het lijk, dan wel het omhulsel en de asbus of urn moeten zijn voorzien van een duurzaam identiteitskenmerk. De gegevens van het kenmerk moeten overeenstemmen met de administratie van de begraafplaats.

3. Het openen van een graf ter begraving of het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf of de urnenplaats, evenals het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het (ingehuurde) personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.

Artikel 11 - Over te leggen stukken

1. Begraving of bijzetting mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven of de bezorging van as is overgelegd aan de beheerder.

2. Indien de begraving of bijzetting in een bestaand dubbelgraf moet plaats vinden, dient een verzoek daartoe aan de beheerder worden gedaan. In het verzoek dienen naam en geboortedatum van de langstlevende te worden vermeld.

3. De beheerder onderzoekt de genoegzaamheid van de overgelegde stukken.

Artikel 12 - Tijden van begraven en as bezorgen

1. Op zondagen, christelijke of algemeen erkende feestdagen, wordt geen gelegenheid gegeven tot begraven en bezorgen van as, tenzij de burgemeester een van de normale termijn afwijkende termijn voor begraving of verbranding heeft gesteld of de Stichting hiervoor toestemming heeft verleend.

2. De tijden van begraven zijn op werkdagen en op zaterdagen van 10.00 tot 16.00 uur, in de periode van 1 november tot 1 maart van 10.00 tot 15.00 uur. De Stichting kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.



HOOFDSTUK 4: DE GRAVEN

 

Artikel 13 - Soorten graven en termijnen

1. Op de begraafplaats kunnen worden onderscheiden: algemene enkele graven en algemene dubbele graven, algemene kindergraven en algemene enkele urnenplaatsen en algemene dubbele urnenplaatsen en algemene enkele/dubbele plaatsen in de urnenmuur.

2. In alle typen graven mogen voor een termijn van 30 jaren lijken of asbussen (met of zonder urn) begraven / geplaatst worden. Verlenging van het contract is mogelijk met termijnen van 10 jaren tot een maximum van 30 jaren. Bijzettingen in algemene enkele graven of algemene enkele urnenplaatsen of algemene kindergraven zijn niet toegestaan.

3. Bij algemene dubbele graven, algemene dubbele urnenplaats wordt bij de aanvang van het contract de naam van de langstlevende en rechthebbende vastgelegd. De vastlegging van de naam geeft geen rechten op een eigen graf, zoals bedoeld in de wet (art. 28, wet op de lijkbezorging). De rechten van deze langstlevende zijn overdraagbaar indien de nieuwe rechthebbende zich binnen een jaar na overlijden meldt bij de Stichting zodra de betrokkene elders dan in het gereserveerde graf wordt begraven of de asbus elders wordt opgesteld. Indien bijzetting in een dubbel graf/dubbele urnenplaats plaatsvindt, start op dat moment een nieuwe periode van 30 jaar.

4. Plaatsen in de urnenmuur kennen een periode van 30 jaar gerekend vanaf de datum van plaatsing van de eerste urn, bijplaatsing van een tweede urn verandert de termijn niet. Verlenging van het contract is mogelijk met termijnen van 10 jaren tot een maximum van 30 jaren.

5. Na iedere verlenging ontvangt de rechthebbende een nieuwe grafakte in tweevoud, waarin de nieuwe termijn is opgenomen. Een exemplaar wordt ondertekend retour gezonden en opgeslagen in het register.

6. Bij niet tijdig betalen van kosten van de verlenging vervalt het contract.

7. Buiten de Stichting om kan geen andere persoon aanspraak maken op het regelen van de begrafenis.

8. Ligging van de overledene in het graf: het is gebruikelijk dat de overledene oost/west komt te liggen met de voeten naar het oosten.

9. Er kunnen geen graven meer vooruit verkocht en/of gereserveerd worden. De ruimtes in de urnenmuur kunnen niet van te voren worden gereserveerd.

10. Slechts in zeer bijzondere gevallen kan hier bij uitzondering van worden afgeweken, mits de Stichting of haar voorganger de Hervormde Gemeente Nuis- Niebert schriftelijk toestemming geeft of heeft gegeven. Per graf is dan een recht en tevens jaarlijks recht verschuldigd.

 

 

HOOFDSTUK 5: GRAFBEDEKKINGEN / GRAFBEPLANTING / AFDEKPLAAT

 

Artikel 14 - Toestemming grafbedekking

1. Voor het hebben van een grafbedekking is schriftelijke toestemming nodig van de Stichting. Bij het verzoek moet in tweevoud een duidelijk uitgevoerde tekening worden bijgevoegd, waarop het gebruik van materiaal, alsmede de vorm, de kleur en de afmetingen van het voorwerp en de soort beplanting duidelijk zijn weergegeven.

2. De Stichting stelt regels vast omtrent de wijze van aanvragen van toestemming, de aard en de afmetingen van de grafbedekking en de wijze van aanbrengen.

Maatvoering graven:

De grafbedekking kent de volgende maximale maten:

Kindergraven: 60 cm breed, 60 cm lang.

Enkele graven: 85 cm breed, 200 cm lang.

Dubbele graven: 170 cm breed, 200 cm lang.

Betonnen fundering is toegestaan.

Onder een betonnen fundering moeten kunststof palen worden gebruikt voor het funderen op de zandlaag.

Gebruik van andere materialen dan natuursteen en/of glas is niet toegestaan. Ontwerp en tekst dienen tevoren aan de Stichting ter goedkeuring worden voorgelegd cf. artikel 14 van het reglement. Hiertoe dient een afbeelding van de grafbedekking (schaal 1:50 of 1: 20) en de tekst, alsmede een 3 dimensionale schets aan de Stichting te worden voorgelegd.

De Stichting kan de toestemming weigeren indien:

a. niet voldaan wordt aan de eventueel door hen vastgestelde nadere regels;

b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

d. de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is.

 

3. Alle kosten voor het plaatsen of aanbrengen, herstellen of vernieuwen van gedenktekens of van beplanting op graven komen voor de rekening van de rechthebbende.

4. Bij het begraven is altijd een monument verplicht. Het monument mag eenvoudig zijn, maar heeft goedkeuring nodig van de beheerder. De tekst moet duidelijk zijn: voor en achternaam moeten vermeld staan evenals de data van geboorte en overlijden.

5. Voor geplaatste grafkelders, welke altijd door de Stichting op aanwijzing van de beheerder bij een vaste leverancier door haar worden besteld en geleverd, is een extra recht verschuldigd.

6. Zonder medeweten van de Stichting of de beheerder mogen de bestaande monumenten en letterplaten van de urnenmuren niet worden veranderd uitgebreid of meegenomen.

7. Van de mogelijkheden tot het plaatsen van het grafmonument dient het steenhouwer bedrijf zich zelf te vergewissen. Hij is hier zelf verantwoordelijk voor en bij problemen is de Stichting niet verantwoordelijk.

8. De onderhoudsplichtigen dienen de graven goed te onderhouden. Verwaarloosde monumenten kunnen na oproep tot herstel (in de vorm van een gele sticker op de begraafplaats en advertentie in plaatselijke krant) door de Stichting worden geruimd. De Stichting is niet verantwoordelijk voor schade aan een monument.

9. Bij het opknappen van de monumenten moet het afval van de begraafplaats worden verwijderd.

10. De Stichting is niet aansprakelijk voor door derden aangebrachte schade.

11. Toestemming voor het hebben van een grafbedekking op de graven wordt gesteld op naam van de rechthebbende op de grafruimte. Bij overlijden van de rechthebbende wordt de toestemming gesteld op naam van degene die zich binnen drie maanden na het overlijden daartoe aanmeldt.

 

Artikel 15 - Grafbeplanting

1. Beplantingen op een graf is in principe toegestaan. Beplanting die in een verwaarloosde staat verkeren kunnen door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Beplanting die hoger is dan 50 centimeter, beplanting die buiten de vaste kaders van de grafbedekking staat of beplanting die het zicht op de grafbedekking van één of meerdere graven ontneemt, kan door de beheerder direct worden verwijderd of gesnoeid, zonder recht op schadevergoeding voor de contractant.

2. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende één maand ter beschikking gehouden van de rechthebbende, indien deze daartoe tevoren een verzoek heeft gedaan bij de beheerder.

3. De beheerder heeft het recht om Kerststukken (inclusief potten) in welke vorm dan ook, na twee maanden te verwijderen.

 

Artikel 16 - Verwijdering grafbedekking

1. De grafbedekking zal na het verstrijken van de graftermijn door de Stichting worden verwijderd. Het voornemen tot de verwijdering van een grafbedekking vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking en de beplanting. Als het adres van de rechthebbende niet meer bekend is komt er een mededeling op het mededelingenbord van de begraafplaats. Bij het graf wordt een verwijzing naar dit bord aangebracht.

2. Bij bijzetting moet worden gedoogd dat de grafbedekking tijdelijk op een andere plek wordt geplaatst, dit mag niet op andere graven liggen.

3. De grafbedekking vervalt aan de Stichting indien de grafbedekking niet binnen drie maanden nadat deze van het graf is verwijderd, is opgeëist.

Artikel 17 - Afdekplaat

1. Het afsluiten van een urnenplaats met een afdekplaat is verplicht. Afdekplaten worden in en standaard kleur en materiaal door de Stichting geleverd.

2. Afdekplaten worden indien gewenst - op kosten van de nabestaande – voorzien van een gravering in een door de Stichting vast te stellen lettertype / lettergrootte.

3. De Stichting beschikt over roestvrijstalen bloemvaasjes met houder, geschikt voor de urnenmuur. Deze mogen uitsluitend door de beheerder geplaatst worden.

 

 

HOOFDSTUK 6: ONDERHOUD


Artikel 18 - Onderhoud door de Stichting.

1. Ten einde de kosten van aanleg, instandhouding en onderhoud van de begraafplaats, de graven en de urnenzuilen, waarin door de Stichting wordt voorzien, te dekken, worden rechten geheven volgens de bij dit beheersreglement behorende tarievenlijst, die jaarlijks kan worden herzien.

2. De Stichting belast zich met het onderhouden van de begraafplaatsen, waaronder wordt verstaan het onderhoud aan gebouwen en paden, het maaien van het gras, het verzorgen van de algemene beplanting en de watergangen en dergelijke.

3. Wanneer de uitgifteduur van een graf is verstreken doch dit graf kan niet worden geruimd wegens een oorzaak buiten de macht van de Stichting, is de rechthebbende gehouden een jaarlijkse vergoeding te betalen ter bestrijding van de kosten van onderhoud van de begraafplaats. Dit volgens de bij dit reglement behorende tarievenlijst, die jaarlijks kan worden herzien.

4. De Stichting accepteert geen aansprakelijkheid voor schade, door welke oorzaak ook ontstaan aan de grafbedekking of ieder ander voorwerp dat zich op het graf bevindt.


Artikel 19 - Onderhoud door de contractant.

De rechthebbende is verplicht de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, waaronder wordt verstaan het algemene onderhoud zoals steenhouwer werkzaamheden (herstel en vernieuwing), onderhoud aan hekwerken en afscheidingen e.d., het kleuren en bijwerken van opschriften en het verzorgen van graftuintjes en niet blijvende grafbeplanting.

1. Schade als gevolg van brand, vorst, storm, wateroverlast, bliksem. Ontploffing molest, vandalisme en andere van buiten komende oorzaken of ontstaan door het weghalen en terugplaatsen van een gedenkteken ten behoeve van een bijzetting met eventuele gevolgschade voor derden, is voor rekening van de rechthebbende.

2. Indien de rechthebbende nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan de Stichting de grafbedekking geheel of gedeeltelijk doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende drie maanden ter beschikking van de rechthebbende en vervalt daarna aan de Stichting zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

3. Tenzij sprake is van een acuut risico, zulks uitsluitend ter beoordeling van de Stichting, vindt de verwijdering niet plaats dan nadat drie maanden zijn verstreken nadat de rechthebbende per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking en de beplanting. Als het adres van de rechthebbende niet meer bekend is, vindt een mededeling plaats op het mededelingenbord van de begraafplaats. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.



HOOFDSTUK 7: RUIMING VAN GRAVEN


Artikel 20 - Ruiming

1. Met inachtneming van de bepalingen in de Wet op de lijkbezorging en de bepalingen gesteld dit reglement kan de beheerder graven en of urnenplaatsen doen ruimen.

2. Het voornemen van de beheerder om een graf of een urnenplaats te ruimen wordt gedurende tenminste één jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden via een op het te ruimen graf aangebrachte sticker . Als het adres van de rechthebbende bij de Stichting bekend is, stelt zij de rechthebbende uiterlijk drie maanden voorafgaande aan het bedoelde tijdstip per brief van haar voornemen in kennis.

3. De bij de ruiming van het graf nog aanwezige overblijfselen van lijken worden herbegraven in het bestaande graf. Asbussen worden begraven in een door de Stichting aan te wijzen gedeelte op de begraafplaats.

4. De rechthebbende op een graf kan de beheerder schriftelijk verzoeken om de overblijfselen te doen verzamelen, om ze weer in dezelfde grafruimte te plaatsen of voor herbegraving elders.



HOOFDSTUK 8: HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKING


Artikel 21 - Lijst

De Stichting houdt een lijst bij van graven en of urnenplaatsen die van historische betekenis zijn of waarvan de grafbedekking / afdekplaat een opvallende kwaliteit heeft.

Alvorens tot ruiming van graven / urnenplaatsen over te gaan onderzoekt de Stichting of er graven of urnenplaatsen zijn die in aanmerking komen om op de lijst te worden bijgeschreven.



HOOFDSTUK 9: KLACHTEN


Artikel 22 - Klachten

Rechthebbende en andere bij de begraafplaats een belang hebbende personen kunnen over feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats bij de Stichting een schriftelijke klacht indienen.

De Stichting beslist binnen drie maanden na ontvangst van de klacht. Zij kunnen deze termijn met ten hoogste dertig dagen verlengen.

De Stichting brengt de beslissing over de klacht direct schriftelijk ter kennis van de klager.



HOOFDSTUK 10: OVERGANGSBEPALINGEN EN SLOTBEPALINGEN


Artikel 23 - Overgangsbepalingen

De begraafplaats van de Stichting met begraafplaatsen te Nuis en Niebert kent uitsluitend algemene graven. Het mogelijke recht op gebruik van een graf zal slechts worden erkend indien uitgifte hiervan kan worden aangetoond.


Artikel 24 - Slotbepaling

1. Ingeval van verschil over de toepassing van dit reglement en in alle gevallen waarin het reglement niet voorziet, beslist de Stichting

2. Wijziging van dit reglement kan plaats vinden door de Stichting.

3. De tarieven worden jaarlijks in de maand december door de Stichting vastgesteld. In bijzondere gevallen kunnen zonder voorafgaande kennisgeving tussentijdse prijswijzigingen plaats vinden.

4. Dit reglement treedt in werking op 23-3-2018 en kan worden aangehaald als reglement van de Stichting bijzondere algemene begraafplaatsen Westerkwartier met begraafplaatsen te Nuis en Niebert.


Met de vaststelling van dit reglement vervallen de voordien bestaan hebbende voorschriften en bepalingen op dit gebied, behoudens eerbiediging van rechten, verkregen voor de inwerkingtreding van dit reglement.

Aldus vastgesteld op 23 maart 2018 bij de oprichting van de Stichting.